"Door te verzelfstandigen moeten we de omslachtige sollicitatieprocedures niet meer volgen.”
Dit motief kan maar opgaan als het om een verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijke vorm gaat: een vzw, een vennootschap of een stichting. Immers, elke publiekrechtelijke werkgever, inclusief een AGB of een welzijnsvereniging is gebonden door het grondwettelijke principe van gelijke toegang tot het openbaar ambt. Elke burger in dit land moet met andere woorden de kans krijgen om te werken bij een openbaar bestuur in België.
Dat betekent dat elke sollicitatieprocedure in de openbare sector uit twee onderdelen bestaat:
1. Een of andere vorm van bekendmaking (openbaar of intern) van de vacature. Geïnteresseerden moeten weten dat het bestuur een vacature heeft;
2. Een of andere vorm van selectie van de kandidaten. Het bestuur moet namelijk de beste kandidaat selecteren en, vooral, kunnen bewijzen dat kandidaat X inderdaad beter is dan kandidaat Y. Een openbaar bestuur moet nu eenmaal kunnen aantonen wat er met het belastinggeld van zijn burgers gebeurt.
Dit argument wordt volgens ons overgewaardeerd. We stellen vast dat besturen zelf vaak omslachtige sollicitatieprocedures opgesteld hebben die veel eenvoudiger kunnen. De publicatie in de nationale editie van een krant is niet altijd vereist, loutere kennisproeven zijn eigenlijk overbodig, en zo verder.
Sommige sollicitatieprocedures zijn bovendien niet doeltreffend omdat ze niet afgestemd zijn op de inhoud van de toekomstige job. Een goede communicatiemedewerker zou bijvoorbeeld op een andere manier getest moeten worden dan een vuilnisophaler, in plaats van ze allebei te onderwerpen aan een schriftelijke kennisproef, gevolgd door een mondeling gesprek.