Wanneer een beeld voor een wauw-effect zorgt, heeft dat meestal te maken met de beeldcompositie. Een goede compositie kan een beeld erg aantrekkelijk maken.
Natuurlijk is er niets op tegen om een snelle momentopname of een snapshot te maken, integendeel. Maar de wijze waarop je het onderwerp kadreert, zal meestal wel het verschil maken. Een aantal zaken waarop je kunt letten:
1. Houd de camera recht, zodat de horizon recht is, tenzij je een speciaal effect beoogt.
2. Bij foto’s van mensen is het bijna altijd beter om te dichtbij dan te ver weg te staan. Dus stap naar voren en neem deel aan de actie.
3. Blijf bewegen en zoek naar goede uitgangsposities door een ander standpunt in te nemen. Als je niet van positie verandert, dreigt het resultaat monotoon te worden.
4. Probeer het beeld te vullen tot in de vier hoeken. Door zo veel mogelijk visueel interessante elementen aan een foto toe te voegen, vergroot je de kans dat de kijker geboeid blijft.
5. Gebruik omlijstingen of doorkijkjes, zoals deuropeningen, overhangende takken en onscherpe elementen rond het onderwerp. Op die manier wordt de vorm van het onderwerp benadrukt en in een context geplaatst.
6. Bij het maken van een portret kies je zorgvuldig de context of de achtergrond uit. Het kan een manier zijn om iets extra’s uit te drukken, te benadrukken of om de geportretteerde beter te situeren in zijn of haar omgeving.
