Er is een visie op kwaliteitszorg, de school werkt met een kwaliteitsmodel, ze hanteert kwaliteitsmethodes en -instrumenten. Zelfevaluaties worden gepland, relevante participanten worden betrokken bij kwaliteitshandelingen. Met andere woorden: de school weet wat ze doet en heeft kwaliteitszorg operationeel een gezicht gegeven. De school en haar medewerkers houden rekening met belangrijke voorwaarden voor goede kwaliteitszorg. Er wordt dus gewerkt vanuit een bepaalde systematiek.
Goede kwaliteitszorg gebeurt ook volgens een regelmaat: het evalueren van geleverde kwaliteit wordt gepland. Dit resulteert in een systematisch en integraal kwaliteitsplan. Het kwaliteitsplan bevat de planning van zelfevaluaties. Het beschrijft op schematische wijze wat, wie, hoe en wanneer er bevraagd wordt.
De planning speelt zich binnen het schooljaar af, of over meerdere jaren. Een gespreide meerjarenplanning schept overzicht en rust: niet alles hoeft op korte termijn geëvalueerd te worden. Op meso- en microniveau (bv. binnen vakgroepen of werkgroepen) wordt bekeken wat wanneer geëvalueerd kan worden. Een haalbare, realistische aanpak is hierbij van fundamenteel belang, want elke evaluatie moet ook opgevolgd worden. Echter, daar is tijd voor nodig.
Enkele voorbeelden:
- De nascholingsprocedure van de school wordt om de drie jaar geëvalueerd. De school oordeelt dat dit niet elk jaar hoeft te gebeuren.
- De groep leerlingbegeleiding beslist om het meten van effect van leerlingbegeleiding jaarlijks uit te voeren. Bij deze zelfevaluatie worden leerlingen betrokken.
- Een leerkracht polst bij de leerlingen naar hun motivatie voor het vak: dit kan bijvoorbeeld jaarlijks gebeuren, tweejaarlijks, of ad hoc naar aanleiding van een lessenreeks waarover de leerkracht feedback wil.
- De vakgroep Nederlands beslist om een bevraging over de begeleiding van leerlingen in de les elk schooljaar eind januari voor te leggen aan een aantal klassen in het 3de jaar en het 5de jaar. De resultaten worden in de vakgroep besproken en opgevolgd.
Wat met de evaluatie van het pedagogisch project van de school? Deze schoolvisie heeft een PDCA-cirkel die vermoedelijk het langst loopt. Een pedagogisch project wordt niet elk jaar of om de paar jaar geëvalueerd. Als stevige rots in de branding zou er bijvoorbeeld om de zeven à tien jaar een zelfevaluatie kunnen zijn.
Het overzicht van zelfevaluaties wordt in een eenvoudig planningsdocument opgenomen. Dit gebeurt idealiter zowel op meso- als op microniveau (voor vakgroepen, werkgroepen …). Scholen hebben vooral ervaring met een kwaliteitsplanning op mesoniveau.
Omdat kwaliteitszorg zich meer en meer focust op microniveau is het van belang dat diverse groepen van medewerkers ook een zelfevaluatieplanning opmaken, die opgevolgd wordt door de groep zelf. Qua ordeningsstructuur zou gekozen kunnen worden voor de indeling van EFQM 2013. Een andere indeling is natuurlijk ook mogelijk. Belangrijk is het gebruiksvriendelijke karakter. Het kwaliteitsplan is bedoeld als handig hulpmiddel voor de school en de medewerkers.