1. Bereidwilligheid
Je kan een partnerschap niet opdringen. Je bent ook niet van de ene op de andere dag ‘partner’ van elkaar. Partnerschap is iets waarvoor je kiest, waarin je investeert en wat met verloop van tijd groeit. Soms moet je eerst inzetten op enkele randvoorwaarden, zoals bouwen aan wederzijds vertrouwen of het wegwerken van bepaalde drempels, om partnerschap mogelijk te maken. Deze randvoorwaarden helpen om je open te stellen en een partnerschap te durven aangaan.
2. Gelijkwaardigheid
Bij een partnerschap tussen ouders en school is gelijkwaardigheid tussen de partners essentieel. De rol en de inbreng van de partners met betrekking tot het kind zijn van even grote waarde. Gelijkwaardig is niet hetzelfde als gelijkheid. Bij gelijkwaardigheid is er ruimte en respect voor eigenheid. Onderlinge verschillen mogen er zeker zijn en kunnen misschien net een meerwaarde betekenen voor het partnerschap wanneer er respectvol mee wordt omgegaan. Ze mogen geen aanleiding zijn tot (ver)oordelen en het scheppen van een meer- of minderwaardige positie bij een van de partners.
3. Wederkerigheid
Binnen ouder-schoolpartnerschap is wederkerigheid heel belangrijk. Wederkerigheid tussen partners betekent dat je verder gaat dan enkel zenden en ontvangen. Je vult de dialoog aan tot een samenspel waarin je actief luistert, ingaat op wat de ander zegt, helder bent, aftoetst of de ander je juist begrijpt en vice versa, erkenning geeft aan anderen, luistert naar wat er zonder woorden wordt gezegd …
Het denkkader 'De betrokkenheidsboom' schetst via de metafoor van een boom de ontwikkeling van het kind in de thuis- en de schoolcontext. Het biedt inzichten, inspiratie en een houvast bij het doelgericht evolueren naar een gunstig partnerschapsklimaat en een (h)echt partnerschap tussen ouders en school.
