De actoren die optreden jegens de ‘onbeschermde’ ondernemer in moeilijkheden
Overeenkomsten strekken partijen tot wet, aldus art. 1134 van het Burgerlijk Wetboek. Dat betekent dat de ondernemer die deelneemt aan het handelsverkeer en daarbij contractuele schulden maakt, verondersteld wordt deze schulden tijdig terug te betalen. Voor de schulden die niet uit een overeenkomst maar uit een wettelijke plicht voortkomen, is de plicht tot betaling even dwingend. Slaagt hij daar niet in, dan zal afhankelijk van het geduld van zijn schuldeiser er vroeg of laat actie ondernomen worden om deze ondernemer aan te porren tot betaling.
Als aanmaningen en ingebrekestellingen geen soelaas brengen om de ondernemer op betere (betaal)gedachten te brengen, dan zal de schuldeiser zich, al dan niet via de tussenkomst van een advocaat, wenden tot een gerechtsdeurwaarder om betaling te bekomen.
De actie van de schuldeiser zal zich dan vertalen in hetzij het opstarten van een IOS-procedure (de ‘invordering van onbetwiste geldschulden-procedure’, zoal