Voorwaarden voor de (basis)tegemoetkoming voor zorg
Afhankelijkheidsvoorwaarde
Een bewoner kan aanspraak maken op de tegemoetkoming voor zorg in een wzc (-cvk) als hij (art. 419 en 421 BVR VSB):
– geen dagelijks medisch toezicht en geen permanente specialistische medische verzorging nodig heeft, maar anderzijds voor sommige handelingen van het dagelijkse leven afhankelijk is van zowel de verzorging als de ondersteuning door derden;
– beantwoordt aan de criteria van de afhankelijkheidscategorie O, A, B, C, Cd of D. Er wordt beoordeeld aan de hand van de criteria van het Katz-evaluatie-instrument, met uitzondering van de afhankelijkheidscategorie D (art. 425 BVR VSB). De Katz-schaal bevraagt de mate waarin een persoon hulp nodig heeft bij het uitvoeren van zes activiteiten van het dagelijkse leven (ADL): wassen, kleden, verplaatsen, toilet-bezoek, continentie en eten. Daarnaast wordt ook de mate van oriëntatie in tijd en ruim